|
Tekstblok |
  
|
Tekstblok
|
Tekstblok |
|
Het kenmerktype "Tekstblok" bestaat uit een tekstveld van een of meer regels. Wilt u een tekstveld van slechts een regel aanmaken, kies dan het kenmerktype "Tekstregel".
Een tekstblok is handig wanneer u informatie wilt toevoegen aan een Object en in een invoerscherm wilt kunnen toevoegen die uit grotere hoeveelheden tekst bestaat. Een tekstblok wordt onder andere gebruikt voor het opnemen van opmerkingen.
Wilt u een enkele regel tekst kunnen invoeren, gebruik dan het kenmerktype Tekstregel. Hoewel een tekstblok gebruikt kan worden om uiteenlopende kwaliteiten van een beheerobject te beschrijven, is het kenmerktype minder geschikt als selectiecriterium. Het gebrek aan standaardisering maakt het moeilijk om een specifieke zoekactie uit te voeren in een Selectiescherm. U kunt een zekere mate van standaardisering bereiken door voorgedefinieerde teksten te gebruiken.
Wilt u een tekstblok gebruiken om een logboek bij een beheerobject bij te houden, dan is het aan te raden het kenmerk Lijst met kenmerken te gebruiken, bestaande uit een datum-kenmerk en een tekstblok. Op deze manier kunt u het logboek makkelijker doorzoeken.
Voorbeelden
Slechts de eerste regel van het kenmerktype "Tekstblok" is zichtbaar in het invoerscherm als bij het veld Bewerk gegevens gekozen wordt voor 'in eigen scherm'.
Als bij het veld Bewerk gegevens gekozen wordt voor 'in hoofdscherm' is het volledige tekstblok zichtbaar op het invoerscherm. Anders is er alleen een 
te zien en de melding 'Niet ingevuld' of (een deel van) de ingevulde tekst.
Om een tekstblok toe te voegen aan gaat u naar: Systeembeheer > Vormgeving bestanden
Vervolgens kiest u het invoerscherm waar u een kenmerk aan wilt toevoegen. Kies [Toevoegen kenmerken] en vervolgens [Tekstblok].
Het onderstaande scherm verschijnt:
Om het kenmerk toe te voegen aan een invoerscherm moet u in ieder geval de bovenste velden Enkelvoud, Meervoud en Afkorting invullen. De afkorting bepaalt hoe het kenmerk verschijnt in het overzicht van kenmerktypen, wat u invult bij enkelvoud hoe het kenmerk verschijnt in het invoerscherm.
Bij Bewerk gegevens kunt u invullen of u het tekstblok op het hoofdscherm wil plaatsen of in een eigen scherm. Bovenstaande afbeeldingen laten het verschil tussen deze twee opties zien.
Voorgedefinieerde teksten gebruiken Wanneer u deze optie invult kunt u gebruik maken van vaste teksten. Deze teksten zijn voorgedefinieerde opmerkingen die door alle gebruikers uit een keuzelijst gekozen kunnen worden. U bereikt hiermee een uniforme invulling van de opmerkingen, waardoor bij rapporten gezocht kan worden naar specifieke zoektermen.
Zichtbare regels bij invoer bepaalt hoeveel regels van het tekstblok op het invoerscherm te zien zijn. Als er meer regels in het tekstblok zijn ingevuld dan het aantal regels dat hier staat ingevuld, verschijnt een scrollbalk aan de rechterkant van het tekstblok.
Toelichting bij invoer
Hier kunt u een tekst invullen die in het invoerscherm zichtbaar zal zijn wanneer u op de 
-knop klikt in het invoerscherm.
Ook is het mogelijk om een pdf met uitleg toe te voegen. De pdf moet wel eerst aangeleverd worden, inclusief vermelding welke dataset en kenmerk waaraan ze gekoppeld moeten worden. Voordelen van pdf zijn toelichting met foto's en bijvoorbeeld dat de toelichting geopend kan blijven tijdens het invoeren (dit is met de teksttoelichtingen niet mogelijk).
Let op! Deze pdf komt dan in plaats van de tekstinvoer (vorige veld), dit kan niet allebei.
Plaats kenmerk na bepaalt na welk kenmerk dit kenmerk zal verschijnen in het invoerscherm.
Rapportopties kenmerk deze opties bepalen of het kenmerk mag worden meegenomen in selectiedefinities, rapporten, totaalrapporten en rapportordeningen.
Kenmerk opnemen in rapporten bepaalt of het kenmerk verschijnt in de lijst van kenmerken voor rapportage.
Selectiecriterium bepaalt of het kenmerk als keuzeoptie verschijnt in selectievensters.
Let op! Het wordt ten sterkste afgeraden om het &-teken te gebruiken in de vormgeving van een kenmerk.